42 Legselbeheer op bouwland en Uitgesteld zaaien
42 Legselbeheer op bouwland en Uitgesteld zaaien
42 Legselbeheer op bouwland en Uitgesteld zaaien
Dit pakket helpt boeren bij de bescherming van nesten en kuikens op bouwland, meestal maispercelen. Eigenlijk bestaat het uit twee verschillende pakketten: legselbeheer op bouwland en uitgesteld zaaien.
Op percelen met legselbeheer zorgt de boer dat de nesten gespaard worden bij bewerkingen op perceel.
Effectiever is het pakket uitgesteld zaaien. Daarbij worden bewerkingen op het hele perceel uitgesteld. Steeds meer kieviten broeden op bouwland. Deze soort begint relatief vroeg met broeden. Door werkzaamheden op het land (ploegen, mesten, zaaien, etc.) uit te stellen tot minimaal 15 mei, heeft de kievit de tijd om te broeden en jongen groot te brengen.
Optimaal combineren: pakket Uitgesteld zaaien en pakket Kievitstrook
Een rustperiode op bouwland is heel geschikt om te zorgen dat broedende kieviten niet verstoord worden. Rust vergroot de kans dat het nest succesvol uitkomt. Op kaal bouwland is niet veel dekking en weinig te eten voor de kievitkuikens, zeker in een droger voorjaar.
Kuikens eten kleine insecten die wel veelvuldig voorkomen in een braakstrook (pakket Kievitstrook). Deze combinatie van pakketten draagt bij aan zowel nestgelegenheid als voedsel voor de kievit: allebei zijn belangrijk voor de overleving van de kuikens.
Uitgesteld zaaien: werk een vanggewas tijdig onder
Een kievit jaagt op het oog en eet wormen en kruipende insecten. Een vanggewas is daardoor niet geschikt voor kieviten: het gewas is te hoog en te dicht om in te broeden of voedsel te vinden. Door het vanggewas te maaien of te klepelen ontstaat een korte vegetatie. Door daarna een ondiepe grondbewerking te doen (minder dan 10 centimeter diep) met een cultivator of schijveneg ontstaat een ruwe bovenlaag waarin delen van het vanggewas nog bovengronds zichtbaar zijn. Doel is niet om de hele vegetatie onder te werken. Door het lostrekken van de grond komen meer wormen naar boven en de korte vegetatie zorgt voor dekking van broedende kieviten.
Let op dat deze werkzaamheden voor de rustperiode op 15 maart zijn uitgevoerd, het liefst nog eerder als de boer het land al op kan: de eerste legsels van de kievit zijn er soms begin maart al.
Vormen van legselbeheer
Als nesten zijn gevonden, dan is het zaak ze te beschermen. Dit gebeurt vaak door het plaatsen van een nestbeschermer.
Hierbij dekken vrijwilligers het nest tijdelijk af door een soort metalen paddenstoel over het nest heen in de grond vast te pinnen. Dit werkt heel goed voor sleepslangbemesting: de sleepslang rolt er dan overeen en het nest blijft heel. Direct nadat het werk klaar is, halen zij de afdekking weer weg. De ervaring leert dat kieviten dan gewoon teruggaan naar hun eieren.
Nestregistratie: hoe pak je dat aan?
Er zijn verschillende methodes om de nesten te registreren: digitaal of gewoon nog op papier. Er is geen goed of fout, zolang je maar aan RVO kan aantonen dat er naar nesten is gezocht. Het gaat er vooral om wat het beste werkt voor jouw collectief, de deelnemers en de vrijwilligers.
Registratie op stalkaarten
Dit is de oorspronkelijke manier: een kaart met alle beheerpercelen van de boer.
- Daarop wordt handmatig een stip gezet op de locatie van het nest, samen met aanvullende informatie, zoals datum veldbezoek, soort weidevogel, predatie-informatie, etc.)
- Eén exemplaar is voor de weidevogelvrijwilliger / het collectief, de ander voor de boer zelf om (bijvoorbeeld) in de stal te hangen: voordat hij gaat maaien heeft hij dan de informatie bij de hand waar alle nesten zitten.
Digitale registratie
Er zijn verschillende mogelijkheden om nesten digitaal te registreren. SCAN-ICT heeft een koppeling met:
- Boerenlandvogelmonitor (LandschappenNL)
- BFVW (Bond van Friese VogelWachten)
Nesten die in deze systemen zijn ingevoerd zijn de dag erop zichtbaar in SCAN-ICT.
Registreer ook de afwezigheid van nesten
Voor dit pakket is verplicht om ook te registreren wanneer er geen nesten zijn gevonden. Dat heeft twee redenen:
- Door aan geven wanneer een perceel (beheereenheid) is afgezocht, kan je als collectief aan RVO laten zien dat je aan de beheereis voldoet van ‘aantoonbaar zoeken naar nesten’. Het gaat daarbij om het aantonen dat je gezocht hebt, los van de uitkomst of daar wel of geen nesten bij zijn gevonden.
- Data van de afwezigheid van nesten is ook interessant! Zonder registratie kun je geen historie opbouwen van een perceel, zaten er de voorgaande jaren geen vogels, of waren ze er wel en zijn ze niet geregistreerd? Door actief te registreren dat er geen nesten zijn gevonden, bouw je monitoringsdata op over je weidevogelgebied.
Zoek zoveel mogelijk vanaf de rand van het perceel
Idealiter wil je op de percelen met uitgesteld zaaien helemaal niet naar nesten zoeken: rust is sowieso gegarandeerd en je wil de vogels zo min mogelijk verstoren. Probeer daarom zoveel mogelijk vanaf de rand van het perceel te bepalen of er nesten aanwezig zijn.