Wat heeft een soort nodig?
Genoeg voedsel
Deze voorwaarde spreekt deels voor zich: iedereen moet eten. Voor dieren gelden daarbij twee uitdagingen:
- Is er genoeg van het juiste voedsel aanwezig? En:
- Is dit voedsel op de juiste momenten in het jaar aanwezig?
Soort uitgelicht: de patrijs

Soort uitgelicht: de patrijs
Neem een soort als de patrijs. Kuikens eten de eerste twee weken alleen maar insecten. Daarna gaan ze ook zaden en bladgroen eten, zoals de volwassen patrijzen. Juist de hoeveelheid insecten nam de afgelopen tientallen jaren sterk af op het boerenland. Dus als we de overlevingskans van patrijzenkuikens willen vergroten, is het belangrijk dat we zorgen voor voldoende insecten in de periode dat er kuikens zijn.
En stel dat het gelukt is voor meer insecten te zorgen in het voorjaar. Dan is er nóg een uitdaging: is er ook in de winterperiode genoeg te eten? Patrijzen blijven het hele jaar door in hetzelfde gebied. Daarom moet je er ook voor zorgen dat er voldoende zaden en bladgroen beschikbaar blijven gedurende de hele winter en het vroege voorjaar.
Veilige plek om te schuilen
Wat we nog wel eens vergeten, is dat dieren ook een plek nodig hebben om te schuilen. Denk aan dekking, zodat ze zich kunnen verbergen voor predatoren, zoals de vos. Beschutting om warm te blijven bij slechte weersomstandigheden of simpelweg het voorkomen van verstoring door recreanten of een plek om naartoe te vluchten tijdens werkzaamheden op het boerenland.
Soort uitgelicht: de kievit

Soort uitgelicht: de kievit
Laten we eens kijken naar een soort als de kievit. Deze vogel broedt steeds vaker op maisakkers. Stel dat we genoeg voedsel hebben geregeld: er zijn voldoende insecten en wormen in de directe omgeving. Het is dan ook nodig dat er rust is voor broedende kieviten, bijvoorbeeld door de werkzaamheden op het land in het voorjaar uit te stellen. Dat vergroot de kans dat er in ieder geval één jong groot wordt.
Plek voor voortplanting
Als we soorten willen behouden, dan moeten ze zich kunnen voortplanten binnen hun eigen leefgebied. Wat daarvoor nodig is, verschilt per soort.
Soort uitgelicht: de boomkikker

Soort uitgelicht: de boomkikker
Voor amfibieën, zoals de boomkikker, is de aanwezigheid van een geschikte poel essentieel voor een voor succesvolle voortplanting. Dat wil zeggen een poel waar geen vis in zit. Vissen eten amfibieëneitjes en dat helpt natuurlijk niet. Ook wil je graag dat de poel volledig in de zon ligt. In het warmere water ontwikkelen de larven van amfibieën zich beter.
Verbinding tussen biotopen en populaties
Een soort moet zich kunnen verplaatsen tussen de plekken waar hij voedsel, veiligheid of een voortplantingslocatie vindt. Daarnaast is verbinding nodig tussen leefgebieden van verschillende populaties. Geïsoleerde populaties lopen risico op genetische verarming, kleinere overlevingskansen bij ziektes en verminderde voorplantingsmogelijkheden. Dit kan leiden tot afname en uiteindelijk uitsterven van een populatie.
Een gebied is daarom pas geschikt voor een soort als zij op de juiste momenten in het jaar de beschikking hebben over én voedsel én veiligheid én voortplanting én zich kunnen verplaatsen tussen verschillende biotopen en populaties. Als één van deze 4 V’s ontbreekt, is instandhouding van de soort op langere termijn niet mogelijk.
Focus op de meest beperkende V!
En dan maken we het nog wat ingewikkelder. Als je wil dat een populatie gaat groeien, dan is de Wet van Liebig oftewel de Wet van het Minimum belangrijk. Vrij vertaald houdt dit in dat de groei van een populatie niet wordt bepaald door de omvang van Voedsel, Veiligheid en Voortplanting (en Verbindingen) samen, maar door dat wat het minst beschikbaar is.
In het plaatje hiernaast betekent dat dus dat de omvang van de populatie pas toeneemt, als je gaat werken aan het vergroten van het voedselaanbod.
Soort uitgelicht: de grutto

Soort uitgelicht: de grutto
Als je in een weidevogelgebied veel Grasland met rustperiode (Voortplanting en Veiligheid) hebt afgesloten, en heel beperkt Kruidenrijk grasland (Voedsel), dan heeft nog meer beheer ten gunste van Voortplanting en Veiligheid geen zin. Focus dan eerst op toename van Voedsel.
Als collectief is het de uitdaging met alle deelnemers in een gebied tot een combinatie van beheerpakketten te komen waarin de 3 V’s in voldoende mate aanwezig zijn én voldoende verbonden (de vierde V).
Voor alle doelsoorten kun je op deze website vinden:
- In welke maanden van het jaar zij behoefte hebben aan Voedsel, Veiligheid en/of Voortplanting
- Welke beheerpakketten bijdragen aan Voedsel, Veiligheid en/of Voortplanting