Onkruidbeheersing op bouwland
In het agrarisch natuurbeheer zijn kruiden op het bouwland juist gewenst: ze bieden dekking in de winter en voedsel via zaden en insecten. Chemische onkruidbestrijding is in veel beheerpakketten dan ook niet toegestaan. Dat betekent dat het belangrijk is om probleemonkruiden, zoals distel en kweek, zoveel mogelijk te voorkomen.
Op deze pagina lichten we de volgende vormen van onkruidbeheersing op bouwland toe:
- Rouleren van percelen
- Najaarsinzaai
- Vals zaaibed
- Maaien
- Protocol gebruik herbiciden
Rouleren van percelen
Beheerpakketten met een groot risico op veronkruiding kan je rouleren: jaarlijks, of om de paar jaar op een ander perceel leggen. Daarmee voorkom je dat onkruiden de overhand krijgen en een te grote invloed op een vervolgteelt krijgen.
Jaarlijks rouleren is niet voor alle akkerpakketten een optie. Pakket Vogelakker richt zich op het ontwikkelen van een goed voedselaanbod aan muizen, dat is binnen één jaar niet mogelijk. En ook de Keverbank heeft alleen meerwaarde als deze meerdere jaren op dezelfde locatie ligt.
Najaarsinzaai

Eénjarige onkruiden, zoals melde en perzikkruid, kiemen in het voorjaar, op losgemaakte grond. Door kruidenmengsels al in het najaar in te zaaien, is de grond gedurende de winter al een beetje tot rust gekomen en kiemen de éénjarige onkruiden in het voorjaar minder massaal. Daarbij krijgen meerjarige soorten bij najaarsinzaai de kans om te wortelen voordat ze in de winter in rust gaan. In het voorjaar ontwikkelen de kruiden zich dan sneller.
De mate van succes bij najaarsinzaai hangt af van verschillende factoren, zoals:
- Onkruidzaden in de bodem: kies niet voor inzaai met kruidenmengsels op locaties waar de onkruiddruk al problematisch is.
- Grondsoort: over het algemeen zijn vooral op zandgronden positieve ervaringen met najaarsinzaai. Op klei is voorjaarsinzaai soms geschikter.
- Weersomstandigheden: in het najaar zal de bodem zeker voldoende opgewarmd zijn. Aandachtspunt, zeker bij een droge zomer, is of er voldoende vocht in de bodem is.
Werk met een vals zaaibed
Bij inzaai van een kruidenmengsel, is het zinvol voorafgaand aan het inzaaien een zogenaamd ‘vals zaaibed’ te maken om ongewenste kruiden tegen te gaan. Bij een vals zaaibed bewerk je de grond alsof je al gaat zaaien. Alleen wacht je nog 2 tot 3 weken met zaaien, waardoor eerst de eenjarige onkruiden die al in de grond zitten, kiemen en opkomen. Door vervolgens één of eventueel twee keer te eggen verwijder je de onkruiden. Pas daarna maak je het definitieve zaaibed, waardoor het aantal onkruiden dat opnieuw kiemt een stuk kleiner is. Soort van valsspelen dus, maar dan voor het goede doel!
Een aantal aandachtspunten:
- Onkruiden kennen een verschillende kiemperiode. Afhankelijk van de te verwachten onkruiden, kan je de beste periode van zaaien bepalen.
- Let op dat de grondbewerking voor het verwijderen van de onkruiden niet te diep gaat: bij verstoring van een diepere laag, komen nieuwe onkruidzaden naar boven.
- Het werken met een vals zaaibed heeft alleen nut als niet te vroeg gezaaid wordt. De bodemtemperatuur is dan te laag, waardoor de meeste onkruiden nog niet zullen kiemen.
- Voorkom dat de grond te droog wordt. Er is vocht nodig om het zaadmengsel te laten kiemen.
Maaien
Op sommige perceels(randen) waar de ingezaaide mengsels niet goed opkomen, ontwikkelt zich soms massaal melganzevoet (melde). Een bijzonder onpopulair onkruid, maar voor akkervogels bieden ze veel zaden en is dit helemaal geen ongewenste soort…
Wil je er toch iets aan doen? Maai het dan voordat de melde bloeit. Maai boven de hoogte van het opgekomen mengsel en onder de koppen van de melde. Hiermee verwijder je de ongewenste onkruiden en krijgen de soorten uit het ingezaaide mengsel licht en ruimte om te groeien.
Protocol gebruik herbiciden
Als alle preventieve maatregelen niet hebben gewerkt of als er simpelweg teveel probleemonkruiden zijn, kan volvelds bespuiten soms nodig zijn.
Collectieven hebben de mogelijkheid om in leefgebied Open akker te werken met een protocol gebruik herbiciden. Het protocol bestaat uit een checklist met vragen die de boer moet invullen vóórdat een eventuele volvelds bespuiting plaatsvindt. Op basis van de ingevulde checklist, samen met foto’s van de situatie en/of een veldbezoek, beoordeelt je als collectief vervolgens of je de bespuiting toestaat.