05 Kruidenrijk grasland
05 Kruidenrijk grasland
05 Kruidenrijk grasland
Dit beheerpakket is een van de belangrijkste schakels in een goed weidevogelmozaïek: het voorziet in zowel voedsel, als veiligheid en voortplanting.
Het uitgestelde maaien zorgt voor een geschikte plek om te broeden, het hoge gras biedt vervolgens beschutting aan de weidevogelkuikens. De bloeiende kruiden trekken insecten aan die op hun beurt weer voedsel vormen voor (weide)vogels.
Bij het afsluiten van dit pakket zorg je via de uitgestelde maaidatum direct voor een veilige plek om te broeden. De grootste uitdaging is het daadwerkelijk kruidenrijk krijgen (en houden) van het grasland.
Werken aan de kruidenrijkdom
Is het perceel nog niet erg kruidenrijk, dan kan je kiezen voor pakket Ontwikkeling kruidenrijk grasland. Hierin is het verplichte aantal indicatorsoorten lager.
Sommige percelen voldoen al wel aan het verplichte aantal indicatorsoorten, maar zijn nog niet bijzonder kruidenrijk en/of hebben nog een vrij dicht gewas waardoor de doorwaadbaarheid beperkt is. Je kan dan werken aan het vergroten van de kruidenrijkdom:
- Door soms een jaar af te wisselen met pakket Extensief beweiden. Maak dan wel afspraken dat aanvullende bemesting niet is toegestaan.
- Via de tips op de pagina Ontwikkeling kruidenrijk(er) grasland.
Combinatie met pakket Hoog waterpeil
Een fraaie combinatie van pakketten voor weidevogels is die van Kruidenrijk grasland met pakket Hoog waterpeil. Deze combinatie biedt alles dat weidevogels nodig hebben:
- Regenwormen aan de oppervlakte door de hogere waterstand
- Zachte bodem waarin de snavels van volwassen weidevogels makkelijk de wormen kunnen pakken
- Langzamere grasgroei waardoor een goede doorwaadbaarheid voor de kuikens ontstaat
- Voldoende kruiden en dus insecten voor de kuikens
- Een veilige omgeving om te broeden door de rustperiode.
Wel of niet bemesten met ruige mest?
Met uitzondering van de pakketvariant met randenbeheer is jaarlijkse bemesting met ruige mest buiten de rustperiode toegestaan. Het advies is om hier een weloverwogen keuze te maken:
- Ga ik dit perceel bemesten met ruige mest, of laat ik het (dit jaar) achterwege?
- Als ik ga wel bemesten met ruige mest, welk moment van het jaar kies ik dan?
Enige achtergrondinformatie bij het maken van deze keuze:
- Volwassen weidevogels en hun kuikens eten niet hetzelfde. Voor volwassen vogels is het belangrijk dat er voldoende wormen zijn, voor hun kuikens gaat het vooral om vliegjes en andere insecten. Oudere weidevogelkuikens voegen wormen toe aan hun dieet.
- Met name het voedselaanbod voor kuikens is op veel percelen beperkend voor toename van het aantal weidevogels (en niet het aantal wormen voor de volwassenen).
- Bemesten met ruige mest heeft een positieve invloed op het aantal wormen, maar zorgt op veel percelen voor een zwaar en dicht gewas, waarin kuikens niet goed kunnen voortbewegen. Het kost ze dan erg veel energie om hun voedsel te vinden.
- Belangrijker dan het vergroten van het aantal wormen, is zorgen dat de wormen beschikbaar zijn voor de weidevogels. Een vochtige bodem is daarbij cruciaal.
Op de pagina Mest – wormen – weidevogels kan je meer lezen hoe deze relatie in elkaar steekt.
Ga ik dit jaar bemesten?
Deze afweging is afhankelijk van de gewasproductie van het perceel. Wanneer het perceel het voorgaande jaar aan het eind van de rustperiode een zwaar en dicht gewas had, dan is het voorlopig afzien van bemesting een goede keuze.
Een compromis met de boer kan zijn niet jaarlijks te bemesten met ruige mest, maar eens in de 2 of 3 jaar.
Op percelen waar de gewenste kruidenrijkdom en structuur al is bereikt, is (instandhoudings)bemesting met ruige mest positief.

Op welk moment ga ik bemesten?
Hier zijn grofweg 2 keuzes in te maken:
- Na de rustperiode, in het najaar
De activiteit van het bodemleven is in het najaar het hoogst. Het organisch materiaal wordt optimaal gebruikt en beschikbaar gemaakt voor het volgende groeiseizoen. In het voorjaar kan het organische materiaal uitdrogen en verwaaien waardoor het bodemleven er minder aan heeft. Extra voordeel voor de boer: deze periode voorkomt schade aan bodem en grasmat, omdat hij in het vroege voorjaar niet met grote machines op het land hoeft. Dit zorgt ook voor minder verstoring van weidevogels, met name de kievit die soms al broedt, wanneer er mest wordt uitgereden.
- Voor de rustperiode, in het voorjaar
Kies dan een moment zo kort mogelijk voor de start van de rustperiode. Het uitstellen van bemesting in het voorjaar is gunstig voor weidevogels: regenwormen blijven zo hongerig, dicht bij het oppervlak en daardoor goed bereikbaar. Uit onderzoek van Jeroen Onrust blijkt dat er maar liefst 2,5 keer zoveel rode wormen aan het oppervlak kwamen in een perceel dat 14 maart bemest was met ruige mest, ten opzichte van een perceel waar op 1 februari al ruige mest is uitgereden!
Aandachtspunten:
- Wettelijke termijnen waarop boeren mest mogen uitrijden
- Mestplaatsingsruimte op percelen met ANLb
Voedsel: het gaat zowel om aantallen als beschikbaarheid
Als het gaat om voedsel voor weidevogels (of andere diersoorten) dan zijn twee dingen belangrijk:
- Zijn de aantallen voldoende?
Zijn op het perceel voldoende insecten voor kuikens en voldoende wormen voor volwassen weidevogels aanwezig? De aantallen wormen zijn vaak niet het probleem, de hoeveelheid insecten wel: op percelen met overwegend grassen komen minder insecten voor dan op percelen met veel kruiden. - Zijn de aantallen beschikbaar?
Kunnen de weidevogels het voedsel daadwerkelijk bereiken? Als er insecten zijn, maar het perceel is onvoldoende doorwaadbaar voor de kuikens, dan ontstaat een beschikbaarheidsprobleem. Als het perceel niet nat genoeg is, dan komen wormen onvoldoende naar het oppervlak of is de bodem te hard om doorheen te prikken met hun snavels.
Daarbij zorgen natte percelen ook voor een betere doorwaadbaarheid, omdat de grasgroei daarmee wordt onderdrukt. Dit is dus een van de meest cruciale onderdelen van het weidevogelbeheer!
Kies voor de juiste rustperiode

Zorg ook voor een geschikt landbiotoop
Er zijn allerlei pakketvarianten, onder te verdelen in drie groepen. Wanneer kies je welk pakket?
- Rust van 1 april tot juni/juli: deze pakketgroep is geschikt voor alle weidevogels die in deze periode broeden. Stem de periode af op de aanwezige vogels. Zo zijn gruttokuikens eind juni wel vliegvlug, maar duurt dat bij die van de scholekster soms wel een maand langer. Ook de regio heeft invloed op de einddatum: Noord-Nederland is later dan Midden-Nederland.
- Rust van 1 april tot augustus / september: deze lange rustperiode is nuttig voor onder meer de veldleeuwerik en de kwartelkoning. Veldleeuweriken hebben 2 tot 3 broedsels per jaar nodig om de jaarlijks sterfte te compenseren. Om te zorgen dat ze minstens 2 keer met succes kunnen broeden, is een rustperiode tot 1 augustus nodig. De kwartelkoning arriveert pas begin mei in Nederland en heeft ook een rustperiode tot minimaal 1 augustus nodig.
- Randenbeheer: onbemeste (en ongemaaide) stroken aan de weerszijden van sloten of percelen zijn ideaal voor kuikens, vooral wanneer de rest van het perceel gemaaid wordt. De ongemaaide perceelsranden fungeren dan ook als verbinding naar andere nabijgelegen percelen met langer gras.
Wat betreft de einddatum van de rustperiode: dit is echt maatwerk. Maaien wanneer de kuikens nog niet vliegvlug zijn, doet het hele voorgaande beheer teniet! Pas last-minute beheer toe: verleng de rustperiode wanneer dat nodig blijkt.
Meer informatie
Collectieven
Kennispartijen
- Zelf te bestellen: Veldgids Ontwikkelen van Kruidenrijk grasland – Wim Schippers
- Video: deel 1: Wat is kruidenrijk grasland? -BoerenNatuur (2022)
- Video: deel 2: Waarom is kruidenrijk grasland onmisbaar? – BoerenNatuur (2022)
- Video: deel 3: Hoe realiseer je kruidenrijk grasland – BoerenNatuur (2022)
- Video: deel 4: Kruidenrijk grasland in het veld – BoerenNatuur (2022)
- Factsheet: kruidenrijk grasland – Vogelbescherming (2016)
- Rapport: effecten van bemesting op habitatkwaliteit – WUR (2021)
- Brochure: kruidenrijk grasland meerwaarde voor vee bedrijf en weidevogels – WUR (2014)
- Factsheet: koeien en kruiden – Van Hall Larenstein